zaterdag 6 april 2019

Ontvitaminiseren

Met een goed gevulde boot verlaten we na 6 weken Jamaica. Op naar Cuba! Hoewel we de beelden van de oude Amerikaanse auto's en het Cubaanse straatbeeld van tv kennen, kunnen we er ons nog niet echt een voorstelling bij maken hoe het land zal zijn.

Na de hectiek van Montego Bay in Jamaica besluiten we eerst een paar dagen 'illegaal' de Jardines de la Reina aan de Cubaanse zuidoostkust te verkennen voordat we ons in het Cubaanse keurslijf gaan begeven - in Cuba mag je slechts in een beperkt aantal plaatsen van de boot aan land. Dit alles om te voorkomen dat Cubaanse inwoners het land via onze boot verlaten.

We hebben een goede oversteek van circa 30 uur die we dankzij tegenstroom (!) helaas grotendeels met de motor bij afleggen. Eenmaal in Cubaanse wateren begint de vispret. We hengelen de ene na de andere barracuda naar binnen. Maar ondanks alle tips die we inmiddels hebben gekregen, durven we die vanwege ciguetera nog steeds niet te eten. "Als 'ie terugvecht is 'ie gezond", "Als 'ie z'n schubben niet makkelijk verliest, dan kan je 'm eten", "Met grote ogen is o.k., maar met kleine ogen niet (of was het nou net andersom)", "leg er een gouden ring in, als die verkleurt dan is 'ie niet goed", "als de mieren het eten dan kan jij het ook eten"... Het voelt toch wat veel als Cubaans roulette..

Om te voorkomen dat we verhongeren gaan we daarom maar kreeft eten bij de lokale eilandbewaker die van zijn huis een eetgelegenheid heeft gemaakt en van zijn achtertuin de lokale leguanenvoederplek. We sluiten de avond af bij de buurboot waarvan de Franse bemanning ons uitnodigt om hun nieuwe rumcocktail recept uit te komen proberen. Ze zijn heerlijk maar een derde slaan we af. Twee van die cocktails is brave, maar drie zou stupid zijn..

Na een dag of 4 vertrekken we naar Cienfuegos, een stad aan de zuidkust, om netjes in te klaren. We rekenen op drugshonden en een hele roedel aan verschillende beambten die allemaal 'cadeautjes' willen, maar we komen er makkelijk van af. Drie uur later zijn we in het bezit van ons visum voor een maand en mogen we eindelijk van de boot af. We gaan op pad om de eerste Cuba sferen op te snuiven, CUC's (de toeristen munteenheid) te pinnen en te kijken of we ook aan CUP's (de lokale munteenheid) kunnen komen. We komen er snel achter dat zomaar even een bank inlopen geen optie is in Cuba. Overal staan wachtende mensen en door 'ultimo?' te roepen, kom je er achter wie de laatst wachtende is. Ben je eenmaal aan de beurt, dan kan je zomaar onverrichter zaken weer afdruipen omdat je geen paspoort bij je hebt. Je leert snel in Cuba..

Wat opvalt is dat de mensen geen arme indruk wekken - iedereen is over het algemeen goed gekleed in (nep) merkkleding. Er zijn veel smartphones. De Spaanse historie is goed zichtbaar. We eten een paar keer gezellig met de bemanning van de Bonnefooi en worden steeds handiger in het onderhandelen met de fietstaxi's. Maar het is ook duidelijk dat veel dingen schaars zijn in Cuba. Toiletpapier kan je beter zelf mee brengen, tenzij je de krant van gisteren wil gebruiken. Als je om een servetje vraagt, krijg je een stuk gebruikt printpapier. En het kan rustig gebeuren dat je een broodje varkensvlees bestelt, maar dan alleen het varkensvlees krijgt. Het brood is op. Internet is een verhaal apart - het is er, maar alleen voor zover de Cubaanse regering de inhoud akkoord vindt.

Na een kleine week durven we het wel aan om de rest van Cuba te gaan verkennen. Ons plan is om via de zuidkust en de westkust richting Havana te varen. Een tocht waar we een kleine 3 weken over willen doen zodat we nog voldoende tijd overhouden voor het bezoeken van Havana en het afwachten van een weergaatje naar Florida. De grootste uitdaging tot dan toe in Cuba volgt: boodschappen inslaan voor een tocht van meerdere weken. We weten dat we tussendoor waarschijnlijk geen enkele keer van boord mogen en als we dat wel mogen, is het maar de vraag of we wat kunnen kopen.

Cuba kent CUC winkels voor toeristen en CUP winkels voor lokalen. De CUC winkel is altijd vol, maar het is altijd maar de vraag waarmee. Is er net een lading mayonaise gearriveerd dan staan alle schappen vol met mayonaise - netjes en breed uitgestald zodat het heel wat lijkt. De dag daarna staat diezelfde winkel voor met oneindig houdbare yoghurtjes. De CUP winkel is ook altijd vol. Met mensen in dit geval die staan te wachten op iets wat er niet is maar misschien later die dag wel nog gaat komen. Uiteindelijk slagen we aardig goed op de markt waar we de dame achter een van de stalletjes tot tranen toe gelukkig maken door haar halve dagvoorraad op te kopen. Zij blij, wij blij.

Het zeilen door de verschillende archipels aan de zuidkust van Cuba is prachtig. We zagen het water niet eerder zo ontzettend blauw. Een enkele keer ontmoeten we Cubaanse vissers die met duikbril op de vissen het net in proberen te jagen. Een zware baan voor deze mannen die gemiddeld toch wel rond de zestig zijn. We kunnen er een paar verblijden met onze reserve duikbrillen en een vers gebakken boterkoek. Andere vissers kunnen weer vooruit met 50 meter touw en een kilometer vislijn die we nog aan boord hebben liggen. In ruil daarvoor krijgen we later die avond de grootste kreeft die we ooit gezien hebben.

Inmiddels is onze versvoorraad er doorheen en is ook de bodem van de groente-in-blik-of-glas voorraad in zicht. Een potje champignons en twee blikken tomaten rest ons nog voor de komende anderhalve week. Een blik perziken op sap is alles wat er over is aan fruit. Maar de redding is nabij, denken we. Isla Juventud, ooit 'Cuba's bread and butter' zoals de cruising guide het omschrijft, is de volgende stop. Daar gaat Casper 's ochtends illegaal aan land in de hoop ergens een komkommer, tomaat of banaan te scoren. Floor blijft aan boord heel hard zitten duimen dat er geen coastguard op bezoek komt. Drie uur later is Casper met een lege boodschappenmand weer aan boord. Geen stuk groente of fruit te krijgen...dat wordt letterlijk en figuurlijk op een houtje bijten! Nog geen uur later krijgen we alsnog de kustwacht op bezoek. We liggen te dicht bij de kant en dan zouden er mensen naar onze boot kunnen zwemmen. Dat is niet goed voor onze veiligheid dus we moeten weg van ze. Wij zijn niet zo bezorgd om langszwemmenden Cubanen maar wel om ons gebrek aan vitaminen. Dat is pas slecht voor onze veiligheid!

Eindeloos veel boterhammen met tonijn uit blik later, afgewisseld met boterhammen met sardientjes, komen we in Havana aan. De eerste symptomen van scheurbuik kunnen nog net onderdrukt worden door een goede landingsrum. De dag daarna staat een wandeling naar de dichtstbijzijnde groentestal op het programma: dos kilos de tomatos por favor!

'Wie heb ik aan de lijn, hallo, hallo!'


Lokale voederplaats voor leguanen en jutias (uit de hand gelopen cavia's)

Wat een plaatje..

Stukje paradijs

Te verkennen per bijboot

Wie zegt dat Cuba geen McD heeft?

Cuba heeft prachtige vuurtorens


Paar plaatjes blauw

Blauwer

Blauwst

Leve het socialisme


De Cubaanse tabaksindustrie

Koffie-industrie

En rum-industrie. Van 3 euro tot 300 euro

Hij lust het allemaal


Geankerd met onze Franse 'brave-or-stupid' vrienden



1 opmerking:

  1. Leuk om weer terug in Nederland toch nog met jullie mee te genieten. Veel liefs sy Tijd

    BeantwoordenVerwijderen